Voor onszelf hebben we besloten om een blog bij te houden zodat we na drie maanden kunnen terugkijken op ons zotte avontuur en op deze manier kunnen jullie ook met ons meegenieten. Wij kregen deze unieke kans om stage te lopen in Paramaribo. We zitten hier nu in Zuid-Amerika (en niet in Afrika - zoals de meesten denken-) om de komende 8 weken les te geven aan Surinaamse tieners.
Laten we onszelf ook even voorstellen. We beginnen bij de kleinste en tevens ook de jongste, Sibylle! Het is ons mamatje van de bende en voor EHBO kan je ook steeds bij haar terecht. En watch out for dt-failures because she is watching you. Als lompste maar wel creatiefste, komen we bij Kaat. Zij is topwijf nummer 2! Als derde van den hoop komen we bij Anaïs, het traagste schatje die altijd klaar staat om ons aan het lachen te brengen. De laatste is een zot wijf die altijd in is voor een feestje. Met deze optimist is de groep compleet! O ja, een pittig detail, haar naam is Joke!
Ondertussen zitten we al 6 dagen in Suriname en hebben we al veel zotte, grappige avonturen meegemaakt, maar laat ons beginnen bij het begin. Het begon allemaal op 1 februari in Schiphol. Terwijl Sibylle al bijna helemaal op het vliegtuig zat, was Anaïs nog steeds op zoek naar een parkeerplek. Eens we allemaal verzameld waren, konden we inchecken. Wat ook niet zonder slag of stoot verliep... Het begon allemaal bij het niet verstaan van Joke's taaltje, het achterlaten van de valies, Anaïs die ingesloten was en 'did you already make a reservation?' Terwijl het bij Alexander, Sibylle en Kaat bijzonder goed vlotte, verliep het bij Anaïs en Joke net iets minder goed. Helaas woog de extra valies te veel, waardoor Anaïs en Joke enorm hebben moeten sukkelen om het teveel aan gewicht over hun eigen bagage te verdelen.Uiteindelijk hebben we toch alles kunnen meenemen dankzij de fantastische packingskills van Anaïs en Jokes koelbloedigheid.
Na een vermoeiende vlucht van 9 uur, met vele potjes water en ijsjes, kwamen we aan in Suriname. Terwijl Kaat, Sibylle & Alexander al de Surinaamse lucht aan het opsnuiven waren, waren Anaïs en Joke nog steeds op zoek naar de juiste uitgang. ' Hebben jullie om assistentie gevraagd? ' ' Wich way are you going? '... Na lang aanschuiven, stonden we uiteindelijk officieel op Surinaamse grond. De eerste confrontatie was meteen een feit. Joke die langs de verkeerde kant van de auto wou stappen, drie flippende ladies op de achterbank en een zotte taxichauffeur achter het stuur.
Na een zotte rit, kwamen we aan in ons huisje. We werden meteen goed ontvangen door onze conciërge Guno. Hij leidde ons rond in ons huisje en liet ons kennismaken met onze 2 hollandse huisgenoten, Sanne en Shareva. Terwijl diegene, die we hebben moeten achterlaten al in een diepe slaap waren, gingen wij nog vlug op zoek naar iets eetbaars vooraleer we hun voorbeeld volgden.
Getroffen door een jetlag, waren we de volgende morgen allemaal al veel te vroeg wakker. Gelukkig waren we allemaal moe genoeg om nog even in te dutten. Aangezien we er vanuit gingen dat zondag sluitingsdag was, aten we de chips van de avond ervoor als ons ontbijt. 'Lekker' ongezond! Aangezien het Sibylles verjaardag was, konden we dit niet zomaar voorbij laten gaan. Terwijl ze onder de douche stond, versierde de rest het huis met slingers en ballonnen. Na de verrassing waagden we ons voor het eerst in de stad.
Op warme aanbeveling van Alexander gingen we op zoek naar de zondagsmarkt. Na uren zoeken en het verlies van Kaats sandaal, bleek de zondagsmarkt open te zijn op alle dagen, behalve zondag. Vandaar de naam zondagsmarkt natuurlijk! Na een lange wandeling door de stad, gingen we naar Alexanders verblijfplaats om even uit te rusten en om ons verbrande schouders nog eens in te smeren. Daar aangekomen, keken we onze ogen uit. Hiermee vergeleken, was ons 'huisje' echt wel een luxevilla.
Dankzij zijn huisgenoten kwamen we te weten dat de Tulip, een Nederlandse supermarkt, ook open was op zondag. Allen daarheen, alleen hebben we de afstand lichtjes onderschat, met de nadruk op lichtjes. Aangekomen in de Tulip, hadden we ons zelf een beetje verplicht om iets te eten in het restaurant. Daar leerde ze ons Sibylleke onmiddelijk kennen. Haar visbroodje vloog namelijk helemaal naar de andere kant van de cafetaria. Met rode kaakjes gingen we de winkel binnen. Alle rayons vergeleken, kwamen we met een volle kar aan de kassa aan. Nog niet van bewust dat we dit ook allemaal te voet moesten meenemen in zo'n warmte. Daar ging ons gehakt voor de spaghetti. Ook de cava die al fris stond in de koelkast staat er momenteel nog altijd omdat onze jetlag nog steeds niet ons lijf was.
Na lekker uitgeslapen te hebben en na de eerste skypesessies vertrokken we richting de fietsenmaker. Nu we het al gewend waren om verloren te lopen, deden we dit vandaag opnieuw. Na een half uur - uurtje ronddwalen, bleek dat de fietsenmaker maar een 5 min te voet lopen was van ons huisje. Hierdoor liepen we al een serieuze vertraging op. We moesten namelijk al om 12u bij mevrouw Rozenblad zijn en het was helaas al 11u40 en we moesten nog een fietsritje van 45 min doen. Gelukkig zijn onze Surinaamse vrienden daar heel chill in. Dat fietsritje hebben we zwaar onderschat, we moesten nog al wennen aan het links rijden en aan de torpedofietsen (remmen gebeurt via het achteruittrappen),waardoor we een klein accidentje veroorzaakten in de drukste straat van Paramaribo. Door het plotse remmen, reden ze allemaal in Joke haar gat. Niet alleen wij, maar ook de omstaanders lachten ons zwaar uit. Ook de afstand bleek langer dan verwacht, en de zon straffer dan gedacht. Dit kan je nog altijd zijn aan Jokes neusje en aan de schouders van Anaïs. Na lang zoeken en puffen kwamen dichterbij, helaas kwam ons fietsavontuur hier niet ten einde... Anaïs haar fiets besloot om er nog een schepje bovenop te doen. Lekke band, dus moesten we te voet verder. Volledig gedehydrateerd en uitgehongerd, kwamen we uiteindelijk aan in het IOL met een vertraging van 3 uur. Om uiteindelijk niets te bereiken. We kregen te horen waar we stage zouden lopen - wat we al wisten- en we moesten een formulier invullen met bijhorende pasfoto, wat we helaas allemaal niet mee hadden buiten Kaat.
Na een lekker chinees gerechje - sex on the plate - konden we weer met volle moed vertrekken, helaas zonder Anaïs, Barrie voor de vrienden. Zij had het geluk om met een privéchauffeur naar ons huis terug te keren. En dus niet in volle zon... Om onze zotte dag af te sluiten, besloten we onszelf te belonen met een vettige maaltijd uit de KFC. Wat uiteindelijk toch geen succes bleek te zijn.
Terwijl onze Barrie lag te chillen in haar bed, vertrokken Kaat en Sibylle 's ochtends vroeg naar hun stagescholen voor hun eerste contact, onder supervisie van Joke. Hoe dat verliep lees je een beetje verder.
Nadat Joke en Sibylle terugkwamen, zaten ze eventjes te chillen op Anaïs haar kamer terwijl er een poetsdame onze verblijfplaats kwam kuisen. Terwijl we zaten te wachten op Kaat, beseften we dat we in Michael Jackson thriller clipje beland waren, toen er een wacko-kerel ons huisje binnen kwam lopen. Dankzij de chillheid van Anaïs en Joke snelde hij onmiddellijk weer huiswaarts. Wanneer Alex en Kaat aangekomen waren, besloten we om richting de vreemdelingdienst te gaan om ons visum te laten verlengen.
Alweer is gebleken dat onze skills in het schatten van de afgelegde weg niet echt de beste zijn. Na een fietstocht van 2 uur in de blakende zon, arriveerde we aan de vreemdelingendienst. Al gauw bleek dat Kaat iets vergeten was, waardoor ze eigenlijk helemaal voor niets die dodenweg heeft afgelegd. Ze besloot dan maar snel om samen met Alexander naar het winkelcentrum te gaan, zodat ze haar frustraties kon wegshoppen. In de vreemdelingdienst begingen we alweer de ene flater na de andere, gelukkig kon het hun niet echt veel schelen aangezien ze toch alleen maar een theekransje hielden in plaats van effectief te werken. Na uren wachten, konden we eindelijk de gebouwen van de vreemdelingdienst verlaten. Eens we buiten waren, werden we onmiddellijk aangesproken door een politieagent die op de vreemdelingdienst werkte. Hij hield ons tegen en zei ons dat we niet weg mochten dat er problemen waren en dat ons visum toch niet wordt verlengd... Met 3 gapende monden keken we hem aan, terwijl hij ons vierkant stond uit te lachen. Het bleek een grapje te zijn. Grappige Surinaamse humor... NOT!
Bon, algauw waren we weer met zijn allen verenigd in het winkelcentrum (L'hermitage). Daar kochten we onze nieuwe Surinaamse sim-kaart. We werden er al gauw ook geconfronteerd met het feit dat het uitvallen van de stroom daar heel normaal is. Je moet dan maar wachten om bepaalde winkels binnen te kunnen of om terug naar buiten te gaan. Na een overheerlijk verrassingsdiner van Joke en Anaïs, kregen we nog een bezoekje van Ruben. De plaatselijke tripjesman. Hij liet ons al verder dromen over wat er ons allemaal nog te wachten staat in het Surinaamse paradijs.
De ochtend van 5 februari kon Kaat lekker uitslapen, maar moesten Joke, Anaïs en Sybille vroeg op om hun school te bezoeken (een uitgebreide beschrijving vinden jullie onderaan deze blog). Terwijl Sibylle haar vuurdoop onderging en al onmiddellijk moest lesgeven, was Jokes onderwijsvak blijkbaar veranderd naar aardrijkskunde en wisten ze van Anaïs' komst helemaal niets af. Vandaag maakten we onderweg voor de 2e keer kennis met een rainshower, maar voor Barrie was dat blijkbaar net niet genoeg, ze wil nu eenmaal altijd meer. Doorweekt is een understatement. Na wat we allemaal al hadden meegemaakt, kwam een namiddagje chillen heel goed uit. Korter omschreven: een tukje hier, hier een tukje daar en de pizza stond al klaar. Die avond spoelden we de verbrande pizza weg met de plaatselijke parbo bier. Een pintje bier, ook wel djogo genaamd, komt bij ons overeen met 4 pintjes. De rest kan u er zich zelf wel bij voorstellen. Die avond leerden we ook onze huisgenootjes wat beter kennen. We zaten samen lekker te chillen op ons gezellig terrasje, tot Tim ons uitdaagde. Om te tonen dat de Belgen niet te onderschatten zijn, nam Joke de uitdaging aan. Mission accomplished!
Na al veel gezien en gehoord te hebben, kregen Anaïs en Sibylle de volgende dag een cultuurshock in omgekeerde richting. Zij gingen namelijk observeren op een elite school. Wat ze daar te zien kregen, was heel surrealistisch in vergelijking met alle andere scholen, zoals bij Joke. Zij moest die dag voor de eerste keer gaan observeren. Zij was helemaal onder de indruk na het horen dat volgens hen een lever een klier is. Er staat ons nog veel te wachten... Ondertussen ging Kaat met Alex naar de vreemdelingdienst, om de laatste zaken in orde te brengen. Eens dat allemaal achter de rug was, spraken we met zijn allen af in het IOL om onze stagepapieren af te geven aan mevrouw Rozenblad, de Surinaamse mevrouw Seynaeve. Daarna reden Kaat en Sibylle nog naar de winkel om voor een verrassingsmaaltijd te zorgen. Na een vermoeide dag, kropen we dan maar in ons bedje.
Om toch maar ons sukkelgehalte hoog te houden, besloten we met zijn allen om het de volgende ochtend wat erger te maken. Na een regenstormpje, waren Anaïs en Sibylle eindelijk klaar om 6.15 uur om te vertrekken naar hun school en was de meeste regen ook al over getrokken. Helaas besefte Anaïs dan pas dat haar fiets nog aan die van Joke hing, terwijl Joke die dag helemaal niet uit haar bed moest. PANIEK! Ze probeerden eerst een aantal taxi's te bellen, maar het was uiteraard veel te vroeg. PANIEK! Uiteindelijk was Joke zelf wakker geworden van al hun lawaai, waardoor ze haar sleutel konden vragen... Met heel veel zand in de ogen gaf ze ons de sleutel... van haar kamer. PANIEK! Opnieuw naar boven en Joke wakker maken om de juiste sleutel te vragen. Om 6.50 uur konden ze eindelijke vertrekken, terwijl ze om 7.00 uur op de school moesten zijn - veel te laat dus - gelukkig wonen we nu in Suriname en maakt niemand daar iets van. Toen ze rond 7.25 uur op school aankwamen, konden ze zonder problemen de overige lessen meevolgen.
Ook Kaat kwam te laat aan op haar school, door een lichte aanrijden. Dankzij haar fietsskills botste ze tegen de uitlaat van een motorfietsje, waardoor ze een mooie brandwonde opliep. Na deze zotte voormiddag, plonsden Joke en Anaïs samen met Sanne in ons superdeluxe zwembad. Daarna maakten we ons allen klaar om richting Alex te gaan om zijn verjaardag te vieren. Hij nam ons mee naar een heel gezellig Chinees restaurantje, Dum Pling. Na een gezellige avond besloten we om huiswaarts te gaan. Eenmaal thuis kroop vermoeide Kaat in haar bedje, terwijl de rest een Borgoe colatje dronk samen met Shareiva, Dico en hun vrienden. Dat gezellig onderonsje werd onderbroken door een mierennest in de kamer van Barrie. Maar dat kon de feestvreugde niet bederven en het werd een onvergetelijke nacht in de Touché. Volledig onder den indruk van de Surinaamse moves, waren Joke en Anaïs voor het daglicht weer thuis.
Na een korte nacht, rolde iedereen uit zijn bed. Met kleine oogjes vertelden Anaïs en Joke over hun crazy night. Omdat het echt nodig was, besloot iedereen (inclusief Sanne) om ons huis even onder handen te nemen. De kamer van Anaïs moest mierenvrij gemaakt worden en de vuilnisbak in de keuken moest madenvrij gemaakt worden. Nadat we de was met veel moeite hadden gesorteerd, besloten we nog een schoonheidsslaapje te doen voor we vertrokken richting de partybus. Samen met onze Hollandse huisgenoten die intussen eigenlijk al vrienden zijn, sprongen we op de bus. Onder begeleiding van loeiende muziek en emmers vol caiperinha, reden we door de stad met de wind in de haren. De eerste stop was in een van de foutere clubs van Paramaribo (lees: bordeel) en was niet echt ons ding. Wat ons meer aansprak was de bar van Tim, onze gekke huisgenoot die ineens wat meer op een echte businessman leek. Op het einde van de feestelijke rit, werden we gedropt aan de Zsa Zsa Zsu. Nadat we nog wat fast food naar binnen hadden gewerkt, vonden we dat het tijd was voor een feestje.
En zoals God het wou, gebeurde het ook: zondag = rustdag.
Kaats verhaal
Na een lange en verloren gereden
fietstocht kwam ik aan op mijn stageschool, ‘de Nijverheidsschool’. Deze school
is een lagere beroepsschool voor leerlingen die na hun middelbare school
voornamelijk willen gaan werken, maar eventueel toch nog de kans krijgen om
verder te studeren aan de hogeschool. De school is onderverdeeld in 3 graden de
C-groep (hoogste), B-groep (middelste) en de A-groep (laagste). Dit is het omgekeerde
van in België.
Eens aangekomen op het bureau
(met bed en badkamer) van de directrice bleek er geen stroom te zijn. De
directrice, leerlingen en ander personeel ging hier heel vlot mee overweg. Ik
veronderstel dat dit wel eens vaker voorkomt.
Het vak ‘plastische opvoeding’
bestaat hier niet, dit vak heet hier in Suriname ‘creatieve vorming’ en is
onderverdeeld in allerlei vakken zoals textiel, handenarbeid en tekenen. Bij het krijgen van mijn lessenrooster van de
directrice is gebleken dat ik deze 3 vakken zal geven bij het lopen van mijn
stage de komende 7 weken. Wel heb ik gemerkt dat de leerkrachten veel trager en
gemoedelijker zijn dan in België.
Volgende week begint mijn
observatiestage, ik ben alleszins heel benieuwd naar de manier waarop de leerkrachten
hier lesgeven en wat er zoal anders zal zijn hier ten opzichte van plastische
opvoeding in België. Op het vlak van materiaal gebruik, didactiek, enzovoort.
Sibylles verhaal
Dinsdag 4 februari moest
ik om 8.30 u. op mijn school zijn voor een eerste kennismaking. Van een grote
tweebaansweg, reed ik op een gamel verhard weggetje een
"krottenwijkje" in en op het einde stonden daar dan enkele open
gebouwtjes die de meeste mensen eerder aan stallen zouden doen denken dan aan
een school. Ik vond het direct geweldig! Oké, het was een grote (cultuur)shock,
maar uiteindelijk was ik er wel een beetje op voorzien. Het blijft sowieso een
ongelooflijke ervaring waar zoveel uit te leren valt! Na mijn fiets te hebben
vastgemaakt en enkele leerlingen te hebben begroet (blanken zijn hier altijd
een beetje speciaal), ging ik me aanmelden in het "kantoortje" van de
directrice (= een kamertje van 2 op 2, met een bank, 2 stoelen en een telefoon).
Ze wisten helaas niet eens van mijn komst (ja, je zou denken dat de stages in
België soms niet van een leien dakje verlopen, maar dat is blijkbaar ook hier
zo...). Gelukkig maakte ik kennis met een enorm lieve directrice die mij direct
met open armen ontving. Hoewel ze niemand hadden met wie ik kon meelopen (er
waren een paar leraren op zwangerschapsverlof en er gaven zelfs al enkele
stagiaires les ter vervanging), zou ze direct iets fixen (zoals ik al zei, het
is een ontzettend lieve mevrouw). Ze stelde me voor aan de leraressen
Nederlands en ik mocht die dag direct al observeren als ik wilde.
We moesten helaas nog
naar de vreemdelingendienst om ons visum te verlengen, dus het observeren zou
pas voor de volgende dag zijn.
Woensdag 5 februari was
voor mij de vuurdoop. Ik moest er al om 6.00 uur uit om om 6.45 uur te kunnen
vertrekken (ja, de scholen beginnen hier ontzettend vroeg, maar eindigen
gelukkig wel allemaal rond 12.30 u. of 13.15 u.). Op school maakte ik direct
kennis met een andere Belgische (Antwerpse) student, Vincent, die hier
blijkbaar geschiedenis komt geven (het blijft altijd een beetje fijn om onder
Belgen te zijn). Na een uurtje observeren, kwam de directrice mij uit de klas
halen met de vraag of ik haar uit de nood wilde helpen en een klas wilde
overnemen omdat een lerares ziek was. Ik mocht dus direct beginnen les te geven
zonder meer (geen idee over de klas, geen lesvoorbereiding, zelfs geen boek -
alleen maar de mededeling dat ze nog niks over poëzie hadden gezien). Dus stond
ik maar voor een klas van 15 tot 18-jarigen, onvoorbereid, maar met zoveel
enthousiasme dat het allemaal is goed gekomen. Na een uitgebreide kennismaking
(de Schutzschool is blijkbaar een beetje het tweedekansonderwijs bij ons - de
leerlingen krijgen daar hun allerlaatste kans) en de basis bij een gedicht
(verzen, strofen, rijm,...) liet ik ze zelf een gedicht over school schrijven.
Vermits het voor hen de eerste keer was dat ze zo'n opdracht moesten uitvoeren,
hielp ik hen op weg door een paar vragen te stellen over hoe het hier was, wat
ze leuk vonden,... Ik was echt in shock toen ik de antwoorden van de leerlingen
hoorde: ze geloven totaal niet in zichzelf en worden bij elke mogelijke
gelegenheid afgebroken. Toen ik vroeg wat ze graag later wilden worden, was het
standaardantwoord "dief, crimineel, want niemand wil ons toch..." Ik
kan bijna niet onder woorden brengen hoe gedemotiveerd deze leerlingen zijn: ze
krijgen nooit eens een compliment, ze geloven niet in zichzelf, ze hebben
faalangst... "Juf, ik kan niet schrijven. Iedereen heeft mij gezegd dat ik
te dom ben..."
Dus naast de gebruikelijke theorie moet je de leerlingen hier vooral stimuleren en aanmoedigen. Met veel extra hulp en individuele begeleiding waren de meeste leerlingen tegen het einde van de les goed op weg.
Sommigen gaven mij hun gedichten af en ... ik stond versteld van wat ik soms las. Er zaten echt hele mooie dingen tussen (waardoor ik zelfs bijna de tranen in mijn ogen kreeg). Zo kreeg ik direct het bewijs dat zelfs een klein schouderklopje wonderen kan doen.
De volgende dag zou ik oorspronkelijk nog gaan observeren in de Schutzschool, maar ik kreeg te horen dat mevrouw Rozenblad toch nog een school had gevonden waar ik Frans mocht geven (het is dan ook de enige school die Frans aanbiedt hier in Suriname), dus ik ging die ochtend samen met Anaïs (zij staat namelijk ook op het A. A. Hoogendoorn Atheneum) op weg. Na meer dan 3 kwartier fietsen en enkele rondjes rond het blokje, kregen we de cultuurshock in de omgekeerde richting... Alle leerlingen werden er door hun ouders afgezet, hadden een iPhone, droegen polootjes van Ralph Lauren, Abercrombie & Fitch, Lacoste, Tommy Hilfiger,... Wat een verschil met mijn andere school!
We werden direct hartelijk onthaald door ... een Belgische lerares van Kortemark, Stefanie, die hier vorig jaar ook stage was komen lopen en teruggekeerd was vanwege de hartelijkheid van de mensen. Zij zou tevens ook mijn mentor Frans worden, echt fantastisch! Ze stelde me voor aan mijn andere mentor, Ivo - tevens ook een Belg - en aan alle andere supervriendelijke leraren in de leraarskamer. We kregen er zelfs het plaatselijke gerecht bama (een soort gepeperd, hartige oliebol - superlekker!) en een kippensaté met een soort honingachtige saus voor ons opnieuw 3 kwartier fietsen te wachten stond.
De volgende dag kwamen we een uur te laat aan op school, maar zoals jullie lazen, maakt niemand hier een drama van. Ik kon direct de lessen Frans meevolgen, maar schrok wel een beetje van het niveau hier. Het aaHa volgt de schoolmethode als in Nederland (op het einde van het 6de jaar behalen de leerlingen dus een diploma waarmee ze in Nederland zouden kunnen gaan studeren). Ik observeerde een blokuur van het 4de jaar waar ze les kregen over la négation, een les die ik dit jaar zelf veel uitgebreider aan een eerste jaartje had gegeven - wat een niveauverschil!
De klas zelf was zeker ook niet van de gemakkelijkste! Tegen het einde van de les was ze gehalveerd.
Dus naast de gebruikelijke theorie moet je de leerlingen hier vooral stimuleren en aanmoedigen. Met veel extra hulp en individuele begeleiding waren de meeste leerlingen tegen het einde van de les goed op weg.
Sommigen gaven mij hun gedichten af en ... ik stond versteld van wat ik soms las. Er zaten echt hele mooie dingen tussen (waardoor ik zelfs bijna de tranen in mijn ogen kreeg). Zo kreeg ik direct het bewijs dat zelfs een klein schouderklopje wonderen kan doen.
De volgende dag zou ik oorspronkelijk nog gaan observeren in de Schutzschool, maar ik kreeg te horen dat mevrouw Rozenblad toch nog een school had gevonden waar ik Frans mocht geven (het is dan ook de enige school die Frans aanbiedt hier in Suriname), dus ik ging die ochtend samen met Anaïs (zij staat namelijk ook op het A. A. Hoogendoorn Atheneum) op weg. Na meer dan 3 kwartier fietsen en enkele rondjes rond het blokje, kregen we de cultuurshock in de omgekeerde richting... Alle leerlingen werden er door hun ouders afgezet, hadden een iPhone, droegen polootjes van Ralph Lauren, Abercrombie & Fitch, Lacoste, Tommy Hilfiger,... Wat een verschil met mijn andere school!
We werden direct hartelijk onthaald door ... een Belgische lerares van Kortemark, Stefanie, die hier vorig jaar ook stage was komen lopen en teruggekeerd was vanwege de hartelijkheid van de mensen. Zij zou tevens ook mijn mentor Frans worden, echt fantastisch! Ze stelde me voor aan mijn andere mentor, Ivo - tevens ook een Belg - en aan alle andere supervriendelijke leraren in de leraarskamer. We kregen er zelfs het plaatselijke gerecht bama (een soort gepeperd, hartige oliebol - superlekker!) en een kippensaté met een soort honingachtige saus voor ons opnieuw 3 kwartier fietsen te wachten stond.
De volgende dag kwamen we een uur te laat aan op school, maar zoals jullie lazen, maakt niemand hier een drama van. Ik kon direct de lessen Frans meevolgen, maar schrok wel een beetje van het niveau hier. Het aaHa volgt de schoolmethode als in Nederland (op het einde van het 6de jaar behalen de leerlingen dus een diploma waarmee ze in Nederland zouden kunnen gaan studeren). Ik observeerde een blokuur van het 4de jaar waar ze les kregen over la négation, een les die ik dit jaar zelf veel uitgebreider aan een eerste jaartje had gegeven - wat een niveauverschil!
De klas zelf was zeker ook niet van de gemakkelijkste! Tegen het einde van de les was ze gehalveerd.
Ik ben alvast benieuwd
wat de komende weken mij aan nieuwe inzichten en ervaringen zullen brengen. Met
zo’n verschil tussen beide scholen kan het niet anders dan interessant worden –
ik kijk er alvast naar uit…
Anaïs' verhaal
Zoals jullie misschien al konden afleiden, liep het bij mij
niet allemaal van een leien dakje. Ik had volgens mevrouw Rozenblad op woensdag
een afspraak in de Simonsschool. Ik vertrok op tijd zodat ik een goede eerste
indruk kon maken. Helaas kwam ik daar helemaal nat geregend toe maar ik deed
toch nog mijn best om mij vriendelijk aan te melden. Na een kort gesprek bleek
er al een stagiaire te zijn voor Nederlands en moest ik maar opstappen. Na de
verontschuldigingen van de directrice kon ik mijn tocht naar het IOL in de
gietende regen weer verderzetten. Als een verzopen kieken kom ik na eindeloos
verdwalen eindelijk aan in het IOL, wat zich aan de overkant van de stad
bevindt. Ik moest daar mevrouw Rozenblad zien te vinden om te vragen waar ik
dan misschien wel les kon geven. Om trouw te blijven aan de Surinaamse
levensstijl, moest ik daar ook weer oneindig lang wachten. Nadat ik de hele
receptie onder water had gezet, kreeg ik eindelijk wat meer informatie. Ik
moest de volgende dag naar een andere school. Ik was er mij nog niet bewust van
maar Sibylle wist me te vertellen dat de school die ik had gekregen, een
eliteschool was. Wat ik mij daar concreet moest bij voorstellen, dat wist ik
nog steeds niet.
Zo gezegd, zo gedaan. De volgende ochtend gingen Sibylle en
ik richting het A. A. Hoogendoorn Atheneum. Sibylle kon met mij mee omdat ze
ook een afspraak had voor Frans, blijkbaar is dat de enige school in Suriname die
nog Frans geeft. Gelukkig waren we dan met twee om opnieuw op zoek te gaan in
de tot nog toe onbekende stad. Eenmaal we daar aangekomen waren, ondergingen we
een ware cultuurshock maar dan in de omgekeerde richting. Tegenover de verhalen
van de anderen, kregen we mooie schoolgebouwen te zien. Deftige klaslokalen,
een goed bord en intelligente leraren zijn daar een must. We werden daar meteen
opgevangen door een Belgische lerares afkomstig uit Kortemark die daar sinds
kort een vast contract heeft. Helemaal onder de indruk van de weelde, kon ik
even kennismaken met mijn twee mentoren van Nederlands. Mevrouw Sno geeft les
in de onderbouw (lagere cyclus) en mevrouw Brunings is verantwoordelijk voor de
bovenbouw (hogere cyclus). Bij deze dus een leuk extraatje voor mij dat ik ook
in de hogere jaren les zal mogen geven. Beide leerkrachten waren heel erg
vriendelijk en leken me open te staan voor een stagiaire. Na mijn domper van de
dag ervoor, zag ik het dus volledig zitten om daar aan de slag te gaan.
Het wordt nu nog even afwachten voor wat er zal komen maar
intussen hou ik mij bezig met het observeren van de rijkste kinderen van
Suriname. Het blijft nog steeds anders dan in België maar ik kan wel zeggen dat
sommige leerlingen zelfs meer hebben dan de gemiddelde mens in België. De
nieuwste iPhone en kledij van de duurste merken, name it en ze hebben het. De
lessen zelf verlopen wel volgens het Surinaamse patroon. Iedereen kan zomaar
binnen en buiten lopen en het feit dat de leraar even verdwijnt, bleek ook heel
normaal te zijn. De lokalen hebben geen ramen dus een heerlijk briesje komt je
regelmatig eens verkoeling brengen. Volgende week begin ik weer met volle moed
en ik hou jullie zeker op de hoogte.
Jokes verhaal
Woensdag was mijn eerste contactmoment op de Froweinschool, een
school waar vooral kinderen uit de armere buurtwijken naartoe gaan. Toen ik er
arriveerde was ik onmiddellijk onder de indruk. Met een nieuwsgierig hartje,
trok ik de school binnen richting het kantoor van directeur Ming. Daar werd ik
hartelijk ontvangen. Het eerste contact verliep heel vlot, alleen viel hij wel
volledig uit de lucht toen ik vertelde dat ik niet voor aardrijkskunde kwam,
maar voor biologie en wiskunde. Blijkbaar moeten de leerkrachten hier maar 1
vak kunnen. Gelukkig zijn de Surinamers hier heel chill en flexibel, zodat
alles snel in orde kwam.
De school waar ik stage loop, is echt
helemaal anders dan bij ons. De lessen gaan van start om 7.25 en eindigen om
12.30 of om 13.10. De klaslokalen zijn hier ook langs de ene kant open, zodat
je op die manier eigenlijk kan meevolgen met de lessen die in de andere klassen
worden gegeven. De leerboeken zijn hier ook vanuit de jaren '78. Werkboeken
zijn te kostelijk, dus moeten ze alles maar opschrijven in een klein schriftje.
Het bord is gewoon wat groene verf op een houten muurtje tussen 2 lokalen. Het
is dus heel normaal als je het bord heftig ziet bewegen, omdat een leerkracht
aan de andere kant iets aan het noteren is. De eerste keer was dat echt wel
raar om te zien.
Ik vond het ook echt zalig om te zien dat ze
hier nog heel traditioneel en gelovig zijn. Zo zingen ze 's ochtends in elke
klas altijd het schoollied, daarna bidden ze vooraleer ze van start kunnen gaan
met hun lessen. Het bidden herhalen ze ook nog eens voor de pauze, na de pauze
en vooraleer ze naar huis mogen.
Op het eerste zicht leek het ook alsof ze er
heel streng zijn. Zo mocht bijvoorbeeld een meisje niet met de directeur
praten, omdat de onderdirectrice vond dat het kraagje van haar uniform niet
goed zat. Dat streng zijn, bleek algauw een misvatting. Toen ik de donderdag de
lessen van mevrouw Sutor mocht bijwonen, keek ik mijn ogen uit. Leerlingen
liepen zomaar binnen en buiten, 1/5 ligt tijdens de les te slapen, leerlingen
eten en drinken zomaar tijdens de lessen, ze zitten door elkaar te praten, zo
had je ook enkele leerlingen die gewoon naar de stagiaires zaten te fluiten,
zoals de bouwvakkers het zouden doen, maar dan op zijn Surinaams. Natuurlijk
moet ik niet gaan veralgemenen, want er zijn ook veel leerlingen die heel goed
meewerken en die echt wel hun best willen doen om zoveel mogelijk te bereiken.
Op inhoudelijk vlak ben ik toch ook wel enkele keren geschrokken. Zaken
die ze bij ons in de 1e graad te zien krijgen, bekijken ze bij hun
pas in de 2e graad. Het ergste vond ik toch wel dat de leerkracht
gewoon op het bord noteerde dat een lever een klier is. Wat zou dan een orgaan
zijn? Ik kijk al uit naar wat ik volgende week zal kunnen observeren.